donderdag 27 mei 2021

The Act of Killing #15

 



 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 
 
 
 
 
 
De devotie van het Droste-teefje
2021
 
C-print
100 x 70 cm
 
 
 
 

Jezus op schoot bij Adolf Hitler?

Het nooit verschenen artikel in dagblad Trouw - DEEL 1

 

Een week of twee geleden werd ik gebeld door een mij onbekend nummer; meestal neem ik niet op en al helemaal niet als ik het nummer niet ken. Maar nu zei ik wel hallo. Geen idee waarom. Het bleek een journaliste van dagblad Trouw te zijn, de krant die ik als tiener zes jaar lang bezorgde in de buitenwijken van mijn geboorteplaats Lunteren en tevens het lijfblad van mijn ouders. 

Nog steeds is het de krant die mij dierbaar is en die veel mensen die ik ken dagelijks lezen. Bij ons wordt de krant ook trouw bezorgd, zij het door de buren. Als zij de krant uit hebben, krijgen wij die. Ze geloven niet eens in god. Gisteren ging ik een bij Lidl gekochte Fuchsia brengen. Als dank. Op weg van huis naar winkel vermijd ik altijd te struikelen over de 'Stolperstein' die aan de grote weg ligt. Ik kijk er altijd naar en lees de tekst, als herinnering aan de morbide reden waarom die metalen steen daar sinds een paar jaar ligt. 

Dat Trouw interesse had om te schijven over 'The Act of Killing' zoals de journaliste met mooi zachte, welluidende stem zei, kon ik wel begrijpen: de krant begon immers, midden in WO II, als protestantse verzetskrant. - Ik zou mijn moeder willen vragen of ze soms in die oorlogsdagen dat verzetskrantje rondbracht, maar ik kan het haar niet meer vragen en mijn vader weet dat niet meer. - Ik die cultuur voel ik me wel thuis: in het protestantse verzet. Maar het verbaasde me wel dat Trouw interesse toonde, want het leek me voor die krant, ook al was het precies de goede krant, best een pittig onderwerp. Jezus met Hitler op schoot en onder het masker Hitler met Jezus op schoot. Hoe zo'n beeld te duiden?

Later begreep ik dat de journaliste opmerkzaam werd gemaakt op mijn werk door een van mijn beste vrienden, Wout Herfkens, die een paar weken daarvoor zelf een artikel over zijn reeks 'Jesus à l'Hospital' kreeg. In Trouw en geschreven door dezelfde journaliste. De dooie Jezus ligt in een bedje met schoon gestreken linnengoed, prettig verpleegd door de beminnelijke zusters met zachte welluidende stemmetjes. Het leed is geleden, de wonden werden vakkundig verpleegd. Wout legt een mooie verbinding met het boeddhisme, een godsdienst waar ik, mede dankzij hem, lang geleden een ingang in vond en die ik ben gaan waarderen, al zal het vermoedelijk nooit helemaal mijn godsdienst worden. -Dat sommigen het boeddhisme niet zien als een 'godsdienst' laat ik even buiten beschouwing.-   

Eveneens wat later in de tijd, toen het artikel allang was geschreven en door mij was goedgekeurd, toen ook de fotograaf allang was geweest en stapels foto's maakte, -eentje zoals Gerda Ten Thije maakte vlak voor de fotograaf kwam,- begreep ik dat de de chef-redacteur van Trouw, nog veel eerder in de tijd, aan de journaliste toestemming had gegeven te gaan schrijven over het iconografisch behoorlijk lastig te duiden beeld 'The Act of Killing'. Zij had de meneer een afbeelding van het werk laten zien en hij vond het goed dat zij erover ging schrijven. Met in het achterhoofd wellicht het toffe artikel over 'Jesus à l'Hospital'. 

 


 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Wout Herfkens
'Jesus à l' Hospital'
2018
 
mixed media
circa 30 x 40 x 8 cm
particulier collectie

 

Omdat ik mezelf niet had uitgenodigd, maar dagblad Trouw dat deed, was ik te gast bij de krant. Dacht ik. Naar beste weten heb ik, in pakweg anderhalf uur tijd, beschreven wat de achtergrond van het werk was en waarom ik het nu meende te kunnen en moeten maken. Dat staat allemaal in de eerder geposte berichten. 'Helemaal uitleggen' is nou niet bepaald wat veel kunstenaars doen en dat hoeft ook helemaal niet. Kunstenaars maken visuele beelden die op hun eigen manier communiceren, een beetje losgezongen van de taal. 

Maandag 11 mei 2021 zou het artikel in Trouw verschijnen, maar dat gebeurde niet. Toen ik aan de redactiechef, de baas van de journaliste, per mail vroeg waarom het niet verscheen, kreeg ik het als antwoord zo ongeveer het volgende. Het lag zeker niet aan het artikel, het lag ook al niet aan het kunstwerk, ik dank de goden, nee, het lag aan de uitleg van de kunstenaar. Die uitleg was niet oké. Het was, aldus de chef, een 'persoonlijk beeld', dat had de kunstenaar ook zelf gezegd. Ook had die onnozelaar van een kunstenaar gezegd dat hij het beeld 'niet helemaal kon doorgronden', niet kon 'rationaliseren'. En dus, was het, aldus de chef, te sneu voor de slachtoffers van de holocaust, voor hun nazaten, voor de christenen en voor de nazaten van de christenen.   

Ik vond de redenering, op zijn zachts gezegd, ietwat vreemd en behoorlijk tekort schieten. Volgens mij ben ik zelf een nazaat van de christenen, sta nog met meer dan een been in dat geloof, heb de Shoah, zij het postuum, op de voet gevolgd. - hoeveel mensen keken 'Shoah' van Claude Lanzmann drie keer integraal en ademloos?- En vervolgens begrijp ik niet dat een kunstenaar een door hem of haar gemaakt beeld moet uitleggen. Sinds wanneer moet een kunstenaar het gemaakte konterfeitsel aan de goegemeente uitleggen? 

Laat men zelf nadenken wat een beeld precies betekent of allemaal zou kunnen betekenen. Wanneer een redactie-chef een beeld onder ogen krijgt waarover men niet mag zwijgen, dan kan men de maker toch niet beschuldigen van het vermeende feit dat hij of zij het wel helemaal goed uitlegt?! Die kunstenaar bedient zich toch niet voor niets van het visuele beeld en niet van taal?

Het kan even duren voordat ik de totale correspondentie met de chef-redacteur online zet. Ik wacht nog even op zijn antwoord op mijn laatste mail. Ondertussen stuurde ik, bij gebrek aan hoop en mededogen, de hoofdredactie van Trouw een brief. Omdat ik dat pas net deed, neem ik aan dat het, wanneer men zorgvuldig is, even duurt voor het antwoord komt. Maar dat is niet erg. Het beeld loopt echt niet weg en ik ook niet.

Het stomme is dat ik geen enkele Nederlandse krant kan bedenken die beter zou moeten kunnen begrijpen wat 'The Act of Killing' betekent. Het is de krant die, om tal van redenen, mijn krant is. Elders heb ik daar al eens over geschreven. Maar wil deze krant niet, dan verwacht ik toch wel degelijk dat men de hand in de eigen boezem weet te steken en niet in mijn hemd.    
 

 

 

 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
The Act of Killing
(detail)
2021





zaterdag 15 mei 2021

The Act of Killing #14

 


 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Rinke Nijburg
The Act of Killing
2021

C-print en gemengde techniek op papier
ca 90 x 130 cm
(collectie kunstenaar)

 

 

Idiosyncratische synopsis

PROLOOG

Voor degen die geen zin hebben alles rondom 'The Act of Killing' op deze blog te lezen, maar wel iets meer willen begrijpen van het gestoorde denken, volgt hier een synopsis. Ik zal mijn best doen het kort te houden, maar erg goed ben ik daar niet in.

Ik werd geboren in Lunteren op 27 januari 1964. Dat is de plek waar de NSB elk jaar hun landdagen hielden en het is de dag waarop Auschwitz door de Russen werd bevrijd. Mijn vader is nu bijna drie keer zo oud als Jezus en ik een jaar ouder dan Adolf Hitler.

Mijn moeder woonde met haar ouders, zussen en broer aan de Lunterseweg in Ede. In WO II deed mijn opa een beetje verzetswerk en mijn moeder bracht wel eens verzetskrantjes rond op haar fiets. 'Ome Aert en tante Mina' zaten ook in het verzet, verstopten Joden en andere onderduikers en kregen daarvoor in Israël in Yad Vashem de onderscheiding 'Rechtvaardigen onder de volkeren'. Mijn moeder leeft allang niet meer, mijn vader woont vreemd genoeg aan de straat die vernoemd werd naar de oom.

Straalt de glorie van die verzetsmensen op mij af? Ben ik een rechtvaardige onder de volkeren omdat ome Aert dat was? Om de dooie dood niet. Iedereen moet zijn eigen Karma-punten verzamelen, iedereen moet over het smalle, kronkelende pad en iedereen door het oog van de naald.   

Mijn ouders zijn altijd Nederlands Hervormd gebleven; wij werden ook zodanig gedoopt. Op mijn zeventiende volgde ik belijdenis-catechisatie, maar belijdenis deed ik niet. Ik was van Jezus, maar niet van een bepaalde kerk. Ik moest 'ja' zeggen tegen de Nederlands Hervormde Kerk, dat is die van Z.K.H. Willem Alexander van Oranje Nassau, en dat wilde ik niet. 

De neiging om me uit te schijven uit mijn moederkerk heb ik altijd met gemak kunnen onderdrukken. Ik heb lange tijd gedacht om rooms-katholiek te worden, tegenwoordig neig ik een beetje naar de Russische orthodoxie. Al was het maar omdat ik dol ben op iconen en op de sacrale muziek uit die hoek. Omdat niks zo veranderlijk is als een mens houd ik het voorlopig maar bij de kerk van mijn geboorte. Je kunt wel aan de gang blijven.

 


 

 

 

 

 

 

 

Heinrich Hoffmann (1885-1957)
Vier portretten van Adolf Hitler (met zijn hond Wolf)
1923

 

 

DE BRONNEN - Adolf Hitler

Op het web zocht ik naar afbeeldingen van Adolf Hitler (1889-1945). Ik kwam een serie van vier foto's tegen die ik best mooi vond en indringend. Ze werden in 1923 of 1925 gemaakt door Hitlers hoffotograaf Heinrich Hoffmann (1885-1957). De Duitse bron die ik raadpleegde houdt het op 1925, de Amerikaanse op 1923, wat merkwaardig is, want het maakt nogal wat uit of de reeks ontstond voor de Putsch of erna. Maar vooruit.  

Hitler poseerde voor Hoffmann in de 'Reichsgeschäftsstelle der NSDAP' in München. Kennelijk stond daar een piano of vleugel waar ze leuke deuntjes op speelden. Als decorstuk, of als reminiscentie aan Hitlers favoriete popmuzikant Richard Wagner, werd dat ding naar het gordijn gesleept, want dat moest er ook op. Op de grond ligt een heel mooi kleed. Hitler neemt plaats op de stoel die hem het best representeert: het gevaarte heeft kromme poten en een sobere versiering. Hitler was een sober mens die niet dronk en vlees noch vis at, wel gebruikte hij veel drugs.

Op twee foto's zien we Hitler ten voeten uit en zien we al die mooie spulletjes staan. Op twee andere opnames zoomt Hoffmann in om de voorname blik van de grote leider nog beter te laten uitkomen. Alhoewel Hitler van de vrouwtjes was, liefst iets twintig jaar jonger dan hijzelf, moest de bühne denken dat hij met Duitsland was getrouwd. Om te voorkomen dat de serie van vier foto's al te streng werd, mocht 'Wolf', de grote Duitse Herder, naast hem zitten. Mensen die honden uitlaten worden nu eenmaal sympathieker gevonden dan lieden zonder beest aan een lijn.

Voor 'The Act of Killing' leende ik van Hoffmann een van de twee foto's waarop, naast de Führer, ook Wolf staat en de vleugel zichtbaar is. Op een van de twee opnames kijkt Wolf achterom en dus zie je de kop niet maar de nek. Hitler zal we boos zijn geweest, want een opname met hond zonder kop kan nooit een goede staatsiefoto worden. Blijft dus over de opname met de hondenkop en de uiterst betrouwbare hondenogen. 

Beter nog dan de afdruk die dat Duitse archief bewaart, vond ik de afdrukken die een poosje later van de gebroken glasnegatieven werden gemaakt. Er lopen mooie barsten doorheen en er missen een paar stukken, vooral de vleugel lijkt lamgeslagen.      

 


 

 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Konrad Witz
Pieta, ca. 1440
 
Tempera en olieverf op paneel
The Frick Collection    

 


DE BRONNEN - Jezus Christus

Voor het lichaam van Christus zocht ik op het web naar afbeeldingen onder de noemers 'piëta'. Omdat ik een groot bewonderaar ben van de ambachtslieden en kunstenaars uit de middelleeuwen, vooral de late, de genieën uit de vroeg en late renaissance en het maniërisme, vond ik de twee voor 'The Killing' gebruikte afbeeldingen dan ook daar. Uit Konrad Witz, een kunstenaar uit het Duitse taalgebied, 'Piëta', een werk uit circa 1440 dat zich in 'The Frick collection' bevindt, knipte ik het lichaam van de dode Jezus. Ik legde dat lichaam op de schoot van de grote leider.  

Het is een heel mooie, rustige Jezus die eerder verdronken lijkt te zijn dan doodgemarteld. De zwarte haren van de drenkeling zijn nog nat. Ik moest denken aan het magistraal kabbelende liedje 'Suzanne' van wijlen Leonard Cohen, waarin hij Suzanne laat zitten op een bankje aan het water. Ze kijkt naar de scheepjes die voorbij varen. En dan ziet ze Jezus, zoon van de timmerman, die liever ging vissen dan houtbewerken. Ze ziet hem magistraal onbegrijpelijk verdrinken als een koude steen: 'Forsaken, almost human, he sank beneath your wisdom like a stone.' In het paneel van Witz zie je Suzanne en haar vriendinnen in de weer met allemaal kleurrijke badhanddoeken.

 


 

 

 

 

 

 

 

 

 

Navolger van Albert Bouts
Christus mit der Dornenkrone im Glorienschein
 
olieverf op paneel
33.3 x 23 cm

 

Voor de kop van Jezus zocht ik naar eentje die heel boos kon kijken. Maar als je 'Jezus is boos' probeert te googelen, dan krijg je de gelijknamige tentoonstelling uit 1995, naar een werk van Marlene Dumas. 'Jesus ist böse' werkt ook niet echt en 'Jesus ist das Böse' al helemaal niet, want die twee betekenen respectievelijk: 'Jezus is slecht' en 'Jezus is het kwaad'. -Een beetje de grens over en je zegt al gauw iets raars dat totaal verkeerd kan vallen.- Wij zouden zeggen: 'Jezus is uit den boze' en dat is zo gek nog niet, want dat kan betekenen dat hij van satan afstamt maar ook dat Hij zo uit de mode is geraakt dat 'Het geval Jezus' zowat onbespreekbaar wordt. En doodgezwegen.     

Stom genoeg kan ik de betreffende afbeelding niet terugvinden; ik heb veel teveel plaatjes en die werden niet altijd even goed gearchiveerd. Ik heb zojuist een uur lang gezocht onder 'Man van Smarten' en 'Schmerzensmann', onder 'Vera Icon', 'Ecce Homo' en 'Gnadenstuhl' en nog een paar andere termen, maar kan de afbeelding vooralsnog niet vinden. Als iemand mij kan helpen, dan graag. Ik heb er nu een geplaatst die een beetje in de buurt komt. De man moest van mij ons recht in het gezicht kijken en kei boos. En natuurlijk moest het lijden ervan afdruipen. Dat ook. Maar nog belangrijker dan dat, was dat ik zocht naar een blik in de ogen die kon doden. Een killersblik. Het werk draagt immers niet voor niets de titel 'The Act of Killing'.

 



 

 

 

 


fotograaf onbekend 
Adolf Hitler en Geli
zomer 1931

 

 

DE BRONNEN - Adolf Hitler II

De kop van Adolf Hitler was makkelijker te vinden dan die van Jezus. Ik zocht er een waarop de satan niet alleen de ogen dicht heeft, maar ook nog eens opzij ligt. Als je op het web zoekt, dan zijn er maar een paar foto's te vinden waarop Hitler een lekker tukje doet. Voor dit doel de beste is een foto uit 1931, gemaakt door een mij onbekende fotograaf. 

Zijn halfnichtje Geli ligt bevallig in het gras, -vlak naast de oervervelende klapstoel, waar je gemakkelijk je vingers tussen kunt krijgen,- met haar bibs op de grond en de benen zedig tegen elkaar aan en dwars op de fotograaf. Je ziet nog net haar blote knieën niet; geen nare, obscene pose zoals in de film 'Basic Instinct'. 

Deze 'slaapfoto' is overal op het web te vinden. Nu eens ligt Geli links van 'Onkel Alf', zoals zij hem noemde, dan weer rechts van hem. Geen idee waarom. De stand van de kop is niet helemaal geschikt voor 'The Act of Killing', maar gelukkig is er een andere foto, eentje waarop de tronie van de duvel wat minder verkort op staat. Die was perfect. Onkel Alf doet een schoonheidsslaapje; hij slaapt de slaap van alle onnozele kinderen bij elkaar. 

Wist onkel veel dat de lieve Geli nog geen twee maanden later, op 18 september, juist in zijn appartement dood werd aangetroffen: ze had er zogezegd een einde aan gemaakt. Met onkels pistool.




 

   

 

 

 

fotograaf onbekend 
Adolf Hitler
zomer 1931

 


Postmoderne volksdevotie

Als er een godsdienst is waar ik me, als kunstenaar en als mens, mee zou moeten mogen bemoeien dan is dat het christendom. Als er een religie is die ik van binnenuit ken, dan is dat uitgerekend die. Van het jodendom als godsdienst weet ik bar weinig, van islam en hindoeïsme nog minder, van het boeddhisme weer net ietsjes meer, maar veel stelt het allemaal niet voor. 

Ik zal het moeten doen met 'de god van mijn eigen voorvaderen' die voor het jaar 1566, -het jaar waarin het protestantisme, middels een Blitzkrieg die werd uitgevoerd door een onhoudbare, opstandige horde, vanuit Zuidwest Vlaanderen over 'de lage landen bij de zee' raasde,- nog zonder uitzondering het Heilige Roomse geloof aanhingen. Er waren natuurlijk wel uitzonderingen, maar die konden beter niet hardop zeggen dat ze het 'net iets anders' zagen.

Vermoedelijk hing een groot deel van mijn voorouders de laatste 450 jaar het protestantse geloof aan, alhoewel mijn Boheemse oma oud-katholiek werd. -Maar dat kon ook bijna niet anders; ze kwam uit het geboortedorp van deze mini-afsplitsing van het roomse geloof.- Verreweg de meeste opa's en oma's zullen 'keurig P.K.N.', de godsdienst van de Oranjes, zijn geweest, in acht genomen dat het aantal afsplitsingen, hoe dichter we bij het heden kwamen, ziekelijk absurde vormen begon aan te nemen. 

'Iedereen zijn eigen godsbeeld', zullen we maar zeggen. En dat moesten we ook wel tolereren, want we zijn erg gesteld op onze eigen mening die voortkomt uit onze pathologische drang naar autonomie. Ondertussen wordt de drang naar het overstijgen van die ellendige eigen mening steeds groter en zoeken mensen de weg terug naar 'de eigen roots' die opmerkelijk genoeg meestal zo ver mogelijk weg moet voeren van het christendom. 

We pelgrimeren naar het oosten, varen naar het westen, duiken onder de eeuwen door naar de veenheksen, de elfjes, de eikenhouten woudreuzen of wanen ons al in contact met buitenaardse beschavingen die niet alleen technologisch wetenschappelijk, maar ook nog eens spitritueel eindeloos veel verder zijn dan wij. We staan aan het begin van iets heel groots en zo zie ik dat ook. Niet dus.

Zelf hoef ik al die vreemde goden niet voor mijn aangezicht. Ik ben nog lang niet uitgekeken op mijn eigen godsdienst die ooit begon als een krankzinnige, piepkleine joodse sekte met een wel heel rare god: een god die bestaat uit drie bijna identieke meneren, waarvan er eentje een mens was, eentje onzichtbaar is en eentje de hele kosmos schiep. 

Maar veel wezenlijker dan die idiote constructie van de eeneiige drieling is de spiegel die mijn eigen ondoorgrondelijke, zoogdierenziel door dat geloof werd, en wordt, voorgehouden. Vooral door de vermaledijde Bijbel, dat onappetijtelijk dikke, maar magische boek; met veel teveel schrijvers, veel teveel beeldspraak en veel teveel wetten en geboden. Maar gelukkig hoef je niet alles van A tot Z te lezen of van Aba naar Cadabra te begrijpen. De Bergrede van Jezus en de Gelijkenissen van diezelfde man, allemaal opgetekend in de vier canonieke evangeliën plus een paar hartverwarmende brieven van de apostel Paulus, aan een of andere gemeente in het huidige Turkije, daar heeft een mens zijn leven lang de handen vol aan. Ik bedoel mezelf.   

 






 

 

 

 

 
Enguerrand Quarton  
The Pietà of Villeneuve-lès-Avignon
voor 1457 
 
olieverf op paneel 
163 x 218 cm
 





Het Leidmotief van 'The Act of Killing' 

Iemand die de afgelopen 33 jaar van mijn 'onnavolgbare' oeuvre beschouwt, die zal het niet ontgaan dat het veel te diepe lijden van de mens, de marteldood en de dood zelf, onevenredig vaak terugkeren. Meestal wordt countertenor Jezus Christus opgevoerd, soms de alt Maria van Joseph, soms de sopraan Maria Magdalena en soms Lucifer, uiteraard een diepe, donkere bas. Meest gebezigde thema is beslist de piëta; iemand uit de Nederlandse museumwereld noemde de piëta ooit mijn 'Fundgrube'. Maar is 'The Act of Killing' een piëta?

Een klassiek, 'iconografisch correcte' piëta is het zeker niet. Al was het maar omdat Jezus op de schoot van zijn moeder hoort te liggen en niet andersom. Gods Moeder hoort om haar dode, van het kruishout afgenomen godenzoon te wenen. Nu zit de Heere Jezus daar, op een stoel in een kamer, kijkt ons aan met een blik die moeilijk valt te duiden en op zijn heilige schoot ligt een mensenkindje. Dat dat de massamoordenaar Onkel Alf moet voorstellen wordt zonneklaar verbeeld door het indertijd modieuze 'tandenborstel-snorretje', zo een die de Joodse Charley Chaplin ook droeg en niet alleen in de stomme film 'The Great Dictator'. 






 

 

 

 

 

 

 

 

 

 
 
Rogier van der Weyden
Het Laatste Oordeel
(middenpaneel)
1443-1451
 
olieverf op paneel
220 x 548 cm
Hôtel-Dieu, Beaune (F)
 
 
 

De klassiek christelijke iconografie en 'The Act of Killing' 

Volgens de christelijke theologie leeft Jezus bij Zijn Vader in de hemel. God ging dood maar stond een dag of wat later weer op. Op Hemelvaartsdag ging Hij hemelen. Vanaf dat moment kan hij samen met de andere leden van de Heilige Drievuldigheid neerzien op de mensenwereld die zich razendsnel ontwikkelt in de richting van een heuse apocalyps. Helemaal aan het einde komt De Heere Jezus terug; alleen Zijn Vader weet wanneer dat is.  

Een beetje leek die de Bijbel kent, snapt onmiddellijk dat we hier  te maken hebben met de Opgestane Heer die komt om te oordelen over de levenden en de doden. Bij de eerste bazuin staan alle doden op en verschijnen om de beurt voor Gods Genadetroon. Daar gaat een boel tijd in zitten, maar dat geeft niet. Alles gebeurt in volstrekte harmonie tussen de drie goden die samen drie handen op een buik zijn. De man die hier zit is dus ook God de Vader en God de Heilige Geest, geen twijfel over mogelijk. 

Dat Jezus nog zijn doornenkroon op heeft is binnen de christelijke iconografie nogal opmerkelijk. Meestal heeft hij een gouden kroon op het hoofd of een nimbus erachter. Maar dat vind ik raar, want wat Hem juist zo siert is de doornenkroon, die de solidariteit met alle armen en armen van geest uitdrukt. Ook hoeft Jezus van mij niet per se blij te kijken, want er gaat immers geoordeeld worden. Dat oordelen had geen nut als iedereen gered zou worden. Er gaan doden vallen.

 


 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 
Rinke Nijburg
The Act of Killing
(detail)
2021

C-print en gemengde techniek op papier
(collectie kunstenaar)

 

De klassiek christelijke theologie en 'The Act of Killing' 

In het christendom heet dat de tweede dood, minder bekend dan het begrip het eeuwige leven dat de rechtvaardigen ten deel zal vallen wanneer zij naar rechts mogen gaan, naar de hemelpoort. Er zijn dus ook mensen die naar links moeten. Om voor een tweede keer te sterven.Een van degene die zich ook beslist te verantwoorden heeft is Onkel Alf. Ik weet niet of hij al in zijn rats zit, maar het wegen van de ziel gaat gewoon gebeuren. Wordt de ziel te licht bevonden dan is het over en uit.    

Het is jammer dat ik het beeld een klein beetje moet uitleggen, maar kennelijk zijn we met z'n allen zo ver afgedwaald van de Bijbel en de christelijke iconografie, dat zoiets nodig is? Of kijken en oordelen mensen te snel? Ze zien een afbeelding en denken dat ze weten wat het betekent? Alsof elke beeld zijn diepste betekenissen meteen prijsgeeft zoals elk gedicht en elke roman en elk filosofisch boek zijn verborgen schatten meteen prijsgeeft? Ik dacht het niet. 'The Act of Killing' is geen propagandaposter voor een of andere sekte, het is een beeld dat vragen stelt bij de christelijke leer van het laatste oordeel.  

Zo onvoorstelbaar moeilijk is het toch ook weer niet om voor de geest te halen dat de ariër Adolf Hitler ooit, helemaal aan het einde van de tijd, vlak voor het heelal implodeert, uit zijn suïcidaal-medicinale coma ontwaakt, zich een beetje uitstrekt en dan met knikkende knieën op de troon van Jezus Messias, de joodse timmermanszoon, afstapt? We moeten allemaal. Ik ook. En dan beslist God wat er gaat gebeuren en wat er gaat gebeuren dat wist Hij al vanaf de grondlegging der wereld. Toch? Als het oordeel aan ons zou zijn, dan wisten we wat er met Adolf Hitler aan het einde van de film gaat gebeuren. Maar het is niet aan ons. 

 


 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Hans Memling
Het Laatste Oordeel
(rechterpaneel)
1467-1471

olieverf op paneel
242 x 360 cm
Nationaal Museum Gdansk (P)

 

 

De Tweede Dood

Mag je dan wel wensen dat Hitler tot in lengte van dagen zal branden in de hel of de tweede dood zal sterven? Mogen we ons afvragen wat Gods Zoon gaat doen wanneer hij het gekrompen satanskind op Zijn Schoot, de foetus die nooit geboren had mogen worden, zachtjes wakker schudt? Kan God dat mensenkind beminnen en redden? Kan de Heilige Drie-eenheid, in alle wijsheid, een onderscheid maken tussen dader en daden, tussen de mollige baby die Onkel Adolf ooit was en de uitgemergelde dictator die hij uiteindelijk werd?    

In de documentaire film 'The Act of Killing' van Joshua Oppenheimer re-anacten en herbeleven een aantal oudgedienden de moorden op de communisten in de jaren zestig van de vorige eeuw. Ze doen dat met veel plezier en onder luid applaus van de toeschouwers; deze predators immers zijn volkshelden. Alleen Joshua, het kan bijna geen toeval zijn dat hij zo heet, zal niet gelachen hebben.

Een piepklein beetje doordenken en het is duidelijk dat mijn bijdrage aan 'The Act of Killing' probeert te begrijpen hoe kolere lastig het voor Jezus Messias helemaal op het laatst moet zijn om alle door de Eenheid veroordeelden opnieuw te doden. Kan Hij die de Liefde zelf is wel doden? Mag Hij het aan anderen overlaten, zoals Onkel Alf deed? Aan Gods engelen? Aan zijn talloos miljoenen slachtoffers? Zal hij er een beetje plezier aan beleven? Zal hij Adolf Hitler weer een pistool en cyanide-pil geven en Eva naast hem op de bak zetten? Zit trouwe Blondi te kwispelen op het kleedje vlak voor de bank? En is hij dan echt dood?

Gaat Hitler ooit voelen wat hij in zijn ondoorgrondelijke verdorvenheid op zijn geweten heeft? En hoe lang mag hij dat wel niet voelen voordat hij alles heeft nagevolgd wat hij de weerlozen heeft aangedaan? En is daarna, wanneer Jezus met zijn schone zakdoek alle tranen van alle ogen heeft afgewist echt alles vergeten? Zijn aan dat einde alle tranen van alle troosteloze ogen voor altijd afgewist? Of beginnen Vader en Zoon en hun Rusteloze Geest  aan een nieuwe schepping, eentje die voor de verandering niet ontaardt? 

 

 


 

 

 

 

 

 

 

Rinke Nijburg
Future Odyssee
2001

gemengde techniek op papier
70 x 100 cm
(collectie Ministerie van Buitenlandse Zaken)

 


Niet alleen de kinderen van Dachau en Auschwitz

Vergeet ik nog, dom genoeg, de nooit beantwoorde vraag waarom God niks deed, of doet, aan al het hartverscheurende lijden van zijn eigen volk? Aan de eeuwige pijn van zijn Joodse kinderen? Aan het lijden van alle kinderen, ook van moslimkinderen en kinderen van nog weer andere vreemde goden, van dezelfde god met net weer een andere exotisch klinkende naam, van kinderen in de sloppenwijken, van kids die liever sterven dan leven, die opgevroten worden door de kanker, kinderen die nog voor de geboorte weggehaald worden? 

Waarom eigenlijk waren de Joden eigenlijk het Uitverkoren Volk? vraagt de vioolspeler op het dak zich af. Waarom eigenlijk is iedereen die in De Heere Jezus Messias gelooft uitverkoren? vraagt de christen met het houtskoolstaafje zich af. Waarom zit echt iedereen in dit godloze stuurloze schuitje? wil de humanist met de scherpe pen weten.

Het zijn zomaar wat vragen van een van de vrienden van Job, nagespeelde vragen uit de 'Theologie na Auschwitz' die ik alleen maar oproep met een tekening, een werk op papier, in The Act of Killing'. 

Vorig jaar wilden mijn kinderen, helemaal aan het einde van de vakantie in Oostenrijk, via München omrijden naar naar Dachau.  We hebben dat gedaan, het was niets minder dan afschuwelijk, maar het was een goed einde van de vakantie. Dit jaar willen ze naar Polen, naar Krakau, naar de hel. Misschien is het ook wel beter om juist midden in de zomervakantie, bij heel slecht weer, naar Auschwitz I, II en III te gaan. Wat kan een mens doen als de goden zitten te niksen?   



 
Rinke Nijburg
5475
2013

gemengde techniek op papier
ca 150 x 210 cm 
(collectie kunstenaar)

 

 

 

 

 

 

The Act of Killing #13

 
















 

Duitse Herder en Hollandse Kooiker

Gisteren moest ik poseren, voor een staatsiefoto. Voor in de krant. Ik heb liever een filmcamera op me gericht dan een fotoapparaat, want tijdens het filmen kan ik me goed verschuilen achter de woorden. Niks zeggen is dodelijk; ik verkramp helemaal. Gelukkig maar dat de aardige fotograaf steeds zei: 'Vooral chagrijnig kijken.' Ik vond dat een heel goed tip. Zelfbewust kijken kan ik niet, boos kijken wel.

Om de act niet helemaal uit handen te geven verzonnen we, G.J.M.T.T. en ik, maar alvast iets. -De kunstenaar die tekent of schildert is uit den boze, zoiets ziet er echt niet uit. Een beetje sukkelig voor het geniale werk gaan staan is ook mijn ding niet helemaal.- Omdat we op het atelier een stoel uit pakweg 1930 hebben staan, zetten we die neer, plaatsten een houten Jezus Aan Zijn Eigen Kruishout erachter, -volgens Nick Cave was hij niet helemaal toevallig de zoon van een timmerman,- zetten we een Eames Ottoman neer en vroegen, in alle nederigheid, aan de hond om er zitting op te nemen. GJMTT nam een aantal proefopnames zodat we niet helemaal overvallen zouden worden door de mogelijk vreemde grillen van een ons onbekende fotograaf.  

De hond had er zin in en legde uit eigen beweging een poot op de bijna honderd jaar oude stoel. 'Trouwe Phoebe', zoals onze typisch Hollandse Kooiker heet. 'Phoebe Mango Nijburg Ten Thije' zoals de doopnaam luidt. Het teefje is zo bang als een wezel, voor grote honden en voor kleine. 'Treuer Wolf' was beslist geen match met haar geweest, net zo min als ik een match zou zijn met de aanstormende, parmantig poserende staatsman die nog naar het gevang moest of er net, veel te vroegtijdig, weer uit mocht.  

De fotograaf deed zijn ding en eenmaal weer thuis bekeek ik de opnames die GJMTT maakte. Er zaten een aantal goede foto's bij, maar deze sprong er wel een beetje uit, al was het maar omdat de fysionomische gelijkenis met uitgerekend deze Heere Jezus groot was. Voor 'The Act of Killing' kon ik natuurlijk kiezen uit een bijna onuitputtelijk arsenaal aan zielige Jezus-gezichtjes, maar ik koos er een uit waar de Heiland, ondanks of dankzij de ellende, een bijna dodelijk blik in de ogen heeft. Alsof ie een moord wil plegen. En dat was nog zo'n slecht idee niet geweest.

De rooms-katholiek opgevoede Oostenrijker Adolf Hitler kon met de beste wil van de wereld op den duur geen bewonderaar blijven van de Eniggeboren Zoon van God de Vader. Ergens onderweg, op pelgrimage, moet Hitler tot het inzicht zijn gekomen dat er helemaal geen hogere macht was dan hijzelf. Op dat eenmaal ingeslagen pad kwam hij er ook achter dat je niet alle mensen gelijk zijn, dat sommige mensen gelijker zijn dan anderen. Dat sommige mensen helemaal geeneens echte mensen zijn, maar dieren van een lagere soort. Ratten bijvoorbeeld. Of nog minder dan ratten, ongedierte. 'Ungeziffer'. De Joden.

Van Hitler is nooit helemaal duidelijk geworden of hij Joods bloed had, van Jezus wel. En alleen daarom al kon Hitler niet met die man door een deur. Maar wat Adolf ook niet goed kon uitstaan is het medelijden of de compassie die Jezus van Nazareth keer op keer toonde van een afgematte schare. Hitler, de grootste redenaar ooit, in zijn eigen ogen dan, en in de oren van steeds meer Duisters en anderen, was juist een meester in het afmatten van een elke schare horigen. Tot aan de grens van de hysterie. Tot ver over welke grens van krankzinnigheid dan ook. Tot de waanzin van de totale oorlog, met alle en met iedereen.     




vrijdag 14 mei 2021

The Act of Killing #12

 


 

 

 

 

 

 

 

 
 
5475 wonden [1]
2001
 
gemengde techniek en droge naald op papier
32 x 42,5 cm
particuliere collectie
 

 

Zo iets zieks ... maakt een matig getalenteerde zoon des mensen 

In de loop van de tijd heb ik me met enige regelmaat gebogen over het beeld van de piëta. In de christelijke iconografie is dat het beeld van de Tranenrijke Maria, Gods Eigen Moeder, en haar Doodgemartelde, Troosteloze Godenzoon, Jezus van Nazareth, tevens vooraanstaand lid van de Heilige Drie-eenheid. Volgens Gerard Reve, de grote volksschrijver, kon een god zonder moeder nooit een echt goede god zijn en dat is denk ik ook zo.  

In het tweede jaar van de academie [2] kraste ik, in mijn geboortedorp en dus veilig voor aanvallen van de stadse satan, met een dikke spijker een aantal stilistisch zeer verschillende piëta's in zacht blik, afgedankte offset-platen die je in de offset-werkplaats op de academie in die tijd kon gratis kon afhalen. Dat blik was zo dun en zacht dat je het met een beetje schaar in zowat elk gewenste vorm kon knippen. Dat deed ik dan ook.

Daarna volgden nog tal van reeksen die de piëta tot onderwerp hebben, tot op de dag van vandaag. Het ligt dan ook voor de hand om in 'The Act of Killing' een piëta te zien of een reeks die de piëta tot onderwerp heeft. De dubbele vraag die, ook al krijg ik dat nooit te horen, ongetwijfeld het meest gesteld zal worden is een dubbele vraag: "Waarom maak je zoiets 'raars', iets dat zo 'ongepast' is, zo iets 'zieks'?" De tweede vraag volgt als een Siamese tweeling uit de eerste: "Wat bedoel je ermee?" Of, net iets objectiever en minder agressief geformuleerd: "Wat zou de kunstenaar met dit werk bedoelen?" 

Alsof een kunstenaar altijd iets bedoelt, alsof een maker van tevoren steevast precies weet wat gezegd wilde worden. Als zou de schepper macht hebben over het geschapen beeld. Nou, dat is niet zo. Echt niet. Neem nou de ganse schepping. Met een beetje geluk stond aan het begin van de tijdruimte een klokkenmaker die een klok maakte, de betovergrootvader van Joseph van Nazareth, vader van Jezus Christus, timmermanszoon, tevens zoon van zijn moeder.   

Na een lange evolutie waarin de klokkenmaker zijn klok verregaand perfectioneerde, geholpen door zijn matig getalenteerde zoon die soms dacht ook klokkenmaker wilde worden, -hoe kan het ook anders, zoiets gaat over van generatie op generatie,- moest het er een keer van komen en kreeg de pendel een ferme tik. Dat hadden vader en zoon beter niet kunnen doen. Het leverde een wereld op waar we slechts van kunnen genieten als we de kop als een struisvogel onder de grond steken om te kijken of het daar beter is en lichter dan daarboven.

In het gastenboek bij een tentoonstelling in De Vishal in Haarlem schreven lang geleden een paar ongenode gasten over 'De bestraffing', een grote tekening uit 2007: 'Een zieke geest' en 'Mijn advies is: ga naar de dokter.' Ik schrok nogal van die twee opmerkingen en ging met dat ongevraagde maar dringende advies naar mijn huisarts en zei: 'Dokter, ik heb een zieke geest.' De dokter met de vooruitziende blik antwoordde: 'Vind je dat gek? De hele planeet is geestesziek, jij zou een eenmalige uitzondering zijn als je niet ziek was.' 

Ik geloof niet dat 'The Act of Killing' een klassieke piëta is; wat het dan wel is, daar probeer ik achter te komen. Ik denk niet dat De Grote Klokkenmaker goed heeft kunnen overzien wat hij deed toen hij de slinger een hengst gaf. En ik weet dat ik in de verste verte niet begrijp wat mijn eigen beeld betekent. Maar ik doe mijn best. Mocht het beeld werkelijk 'te ontaard voor woorden' zijn, dan kunnen we het altijd nog verbranden, samen met een hele stapel andere beelden die niet sporen. 

Een louterend vuur doet soms wonderen en ik hang niet zo hevig aan dit ene werk. Wel hang ik aan de diep verontrustende en ziekmakende betekenissen van het beeld die ik zelf met geen mogelijkheid allemaal kan ophoesten. Ik heb het ding gemaakt, ik heb het niet bedacht. Het is niet meer of minder dan een spiegel van onze 'blootste' en allerziekste ziel die we met alle exacte wetenschap en devote kennis met geen mogelijkheid weten te temmen. 

    

[1] Omdat de piëta's uit de academietijd (1982-1987) zijn nooit gedigitaliseerd is hier een werk van veel later datum afgebeeld.

[2] Academie van beeldende kunsten Arnhem, ABKA, 1983-1984.

 

 

 

 

 

donderdag 13 mei 2021

The Act of Killing #11

 



 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Hoppe hoppe Reiter, 2011 
Preliminary Drawing No 1
potlood op papier
13,3 x 18,1 cm
 
 
 
'Somewhere Mama's weeping for her blue-eyed boy
She's holding them little white shoes and that little broken toy
And he's following a star
The same one them three men followed from the East
I hear that sometimes Satan comes as a man of peace'

Bob Dylan, 'Man of Peace', 1983

 

 

The howling wolf will howl tonight

Ecce homo. Kijk, het is makkelijk zat: een kind met helblauwe ogen plaatsen op de schoot van een volwassene met donkerbruine ogen. Daarna wordt het pas een beetje ingewikkeld. Want wat gebeurt er?

Toen hij poseerde voor de fotograaf had Hitler helemaal niks op zijn schoot liggen, behalve de bronstige ballen en de Arische penis. Om die handel een beetje met de mantel der liefde toe te dekken, zetten we een lieve prooi op zijn onvolprezen schoot: Jezus Messias. Hitler was voortdurend zwanger van het kwaad, het kind op schoot had geen besef van goed en kwaad.

We hadden zo'n beetje iedereen op 'deze meest infame aller schoten' kunnen leggen, maar het gevoel drong aan dat het wel De Jood moest zijn. De Ware Messias was uitverkoren neergelegd te worden op de schoot van de valse messias. De Eniggeboren Zoon van God op schoot van De Zoveelste Zoon van Satan. En dan? Wat gebeurt er dan? Wie ziet het tafereel? Wie huilt hier om wie? Wie huilt mee met de boze wolven?