What Flower is a Mockery of a Passion Flower? (detail), 2011
What Flower is a Mockery of a Passion Flower?
Titels geven aan werken is een ongemakkelijke bezigheid. De meest neutrale oplossing is een werk geen titel geven, beter nog: geen enkel werk een titel geven. Men huldigt dan gewoon het principe dat taal en beeld twee verschillende domeinen zijn die men liever uit elkaars buurt houdt. Zoals een hond en een kat. Sommigen menen zelfs dat een beeld ten doop houden – het onbenoembare benoemen, het beestje een naam geven – het beeld teveel een bepaalde richting op zou dringen zodat de totale openheid of transparantie verloren gaat.
Een ander mogelijkheid is een beeld een neutrale, beschrijvende titel te geven. Men benoemt gewoon wat men ziet. Een schilderij met een fruitmand met bananen erop heet dan al gauw: Stilleven met bananen. Maar deze strategie is niet helemaal zonder gevaar want men heeft de taal al binnengehaald, hoe neutraal men ook probeerde te zijn. En de taal het domein van de beeldende kunsten binnenhalen is als het binnenhalen van een Trojaans paard. In alle woorden huist een vijand in die het fort van het zien verovert. Want op dat stilleven lagen wel bananen in een mandje, maar er lagen ook nog twee appels in de mand en ook zat er een vlieg op een van de bananen. Met een beschrijvende titel doet men het beeld steevast tekort; er staat altijd meer op dan men benoemt. Tenzij men de beschrijvende titel net zo lang maakt als het beeld. En dan nog zal een blinde niet zien.
Meest hachelijke bezigheid is om elk werk een titel te geven die het beeld in taal een rijkdom aan betekenissen geeft die oneindig is. Dit is het domein van de metaforen, de moeilijkste maar tevens de leukste weg om te bewandelen wanneer de kunstenaar het fonkelnieuwe beeld wil benoemen, het beestje een naam wil geven. Of zoals Bob Dylan in 1983 zong: ‘Man gave Names to all the Animals, in the Beginning, in the Beginning, long time ago.’ En net zoals men een leven lang spijt kan houden van de naam die men zelf draagt of die men aan een kind of een hond gaf, kan men gruwelijk spijt hebben van een ondeugdelijke titel. Beter een werk zonder titel of met slechts een beschrijvende titel dan eentje met een metafoor die niet deugt. De Nederlandse schilder, tekenaar, graficus Erik Andriesse (1957-1993) heeft ooit eens gezegd dat er niks zo erg is als een kunstenaar die naast zijn werk gaat staan en het gaat uitleggen. En zo is het ook met titels. Een goede titel kan een werk een enorme lift geven, een slechte kan hetzelfde werk een enorme dreun verkopen.
Maar wat als we nu een en hetzelfde werk tegelijkertijd een enorme dreun verkopen en het een flinke aai over de bol geven? Dat is precies wat we doen als we het kind twee namen geven, een heel lelijke en een heel mooie: Vanessa en Marietje bijvoorbeeld. Omdat de oma met de lelijke naam zo graag wilde worden vernoemd en we toch ook onze eigen autonome behoefte aan esthetiek wilde bevredigen. Titels kunnen een werk maken of breken. Een van de beste levende metaforisten (het is geen officieel Nederlands, maar bedoeld wordt hier een persoon die geweldige metaforen kan bedenken) is toch wel René Daniëls die titels bedacht als: 2 i’s strijdend om een punt en Een warme dag in de vuurtoren. De laatste doet natuurlijk denken aan de superbe titel die Barnett Newman ooit gaf aan een een serie werken: Who’s afraid of Red, Yellow and Bleu
De tekening Mockery is inmiddels 2 maanden oud. Ik ben er nog niet klaar mee; de rechterbovenhoek is nog niet goed. Vandaag heb ik er weer een paar kleine dingen aan veranderd. Als ik in de rechterbovenhoek iets radicaal verander dan kan het best eens zijn dat het beeld af is, niet vergetend dat wat af is volgens Paul Valéry nooit gemaakt werd. Over de titel ben ik nog niet helemaal uit, maar meest raadselachtig vind ik de titel die ik vandaag deels aan internet ontvreemde en verder aanpaste aan de iconografische behoeften van het eigen beeld met de werktitel Mockery: What Flower is a Mockery of a Passion Flower?