zaterdag 4 oktober 2025

Brieven aan Edith Stein #148 'Charlie Kirk Blow Softly'

 

Charlie Blow Softly

C-print on aluminium
40 x 20 cm 
 
 
 
 
BRIEF 148
aan Edith Stein
'Charlie Kirk Blow Softly'
Joseph M. Heij 
Wolfheze

 

Lieve Edith,

Vreemd weer momenteel. Vanochtend stormde het en zag ik een fietsende zuster Jeanne in haar oranje regenpak, met de wielen in het grind, worstelen met regen en wind. Als ik nu mijn hoofd optil, dan zie ik dat de wind bij vlagen is gaan liggen, de zon een eeuwig pad door de lucht wandelt, op weg naar steeds hetzelfde einde van elke keer hetzelfde liedje, en dat de regen voor zichzelf op de vlucht is geslagen. Vanmiddag moet, zeggen ze, de wind weer aantrekken, zouden de wolken de lucht opnieuw moeten bedekken en trekt de regen alles uit de kast om het zuster Jeanne op de terugweg minstens zo lastig te maken als op de heenweg.

Eigenlijk Edith hou ik helemaal niet van deze poëtische manier van schrijven. Zoals ik mensen niet begrijp die foto's maken van het eten op hun restaurantbord - ze wisten toch wat ze zojuist zelf besteld hadden? - zo snap ik net zo weinig van mensen die in een dagboek of een brief het weer van dat moment beschrijven. Je wist toch wat voor weer het zou worden? Dat was voorspeld en je had het gelezen. Waarom het dan alsnog beschrijven ten behoeve van het nageslacht of de lezer van de brief? Iedereen kan naar buiten kijken en zien wat voor weer het is of er doorheen ploegen zoals zuster Jeanne. Natuurbeschrijvingen en weerberichten in romans sla ik altijd over.     

Met oorlogen gaat het net zoals met het weer. Het weer is goed, niet mistig eerder zonnig, weinig wolken, bijna geen, bij het krieken van de dag aanvallen is het beste moment van de dag, dat weet iedereen. Aanvallen het liefst op een nationale feestdag, een religieuze. Jom Kipoer. Eerste Kerstdag. Ik mag geen tv kijken, dat is al heel lang zo. Maar ik meen me te herinneren dat het weer in de vroege ochtend van 7 oktober 2023 veel goeds voorspelde. Dat ik ook beelden heb gezien van die paragliders met een strijder eronder. Ze hoefden geen oranje regenpak aan, dat zou teveel opvallen. Bovendien staat het niet bepaald stoer. Ze gleden vredig door de lucht, de landing was lekker zacht, de lange wandeling door het beloofde land daarentegen uiterst kwaadaardig. Zoals rustig weer onverwachts kan omslaan in het tegendeel, zo kan de lieve vrede omslaan in haar tegendeel. 

Vanochtend kwam mijn Palestijnse buurman binnenstormen met de mededeling dat er een wapenstilstand aan zit te komen. Je zou kunnen denken aan de omslag van het weer in Jemen, Syrië, Sudan of Oekraïne, maar het enige dat mijn buurman bezighoudt is Gaza. Ook daar schijnt de zon, stopt de bommenregen en blijven de straaljagers een dagje op bed liggen. Ik geloof dat het Donald Trump is die het weer eens voor elkaar fietst; de man verdient de Nobelprijs voor Oorlog en Vrede. Joseph Biden, de vorige president, tevens naamgenoot, had ik het beslist ook gegund. Of zo'n prijs nou naar een terminale seniel gaat of naar een grandioze narcist, wat maakt het uit als er maar vrede komt.

Ondertussen Edith, gaan de aanvallen op jullie joden wereldwijd gewoon door. De Joden uit Israël immers zorgen op een paar dagen na voor een onverplaatsbaar diepe depressie in Palestina. En aangezien je die maar moeilijk kunt bewegen tot vrede, bewegen we de joden wereldwijd zacht maar dringend tot totale vrede. 

Edith, je had beslist nu willen leven. Het lijkt best veel op het interbellum, zij het dat die tussen 1 en 2 in zat en het hier en nu - geleerd van Eckhart Tolle - bevindt zich in het schemergebied, ergens tussen 2 en 3 in. En precies zoals er in jouw gloriejaren krankzinnig veel politieke moorden plaatsvonden - van recht op links, van links op rechts, commies tegen nazies, antifa en intifada tegen patriots en maga - zo regent het in dit huidige interbellum ook politieke moorden. Vooralsnog zijn dat vooral liquidaties op alles wat antifa als uiterst rechts bestempelt - en dat is zowat alles wat op het kleurenspectrum beweegt behalve donkerrood - maar we hoeven de weersvoorspellingen niet per se af te wachten om te weten dat het nu waarin wij momenteel leven nog maar het begin is van een aanzwellende depressie die het nu langdurig zal bezwangeren. Met zwarte oorlogswolken, gure hongerwinters, slagregens, hagelstormen en nog een heleboel andere vrij voorspelbare verrassingen.  

Raar toch, Edith, dat elke oorlog uiterst voorspelbaar is en dat we er toch door verrast worden. Zoals de moord op Charlie Kirk ons door de voorzienigheid - het wordt tijd dat ik Dolf weer schrijf - op een briefje werd gegeven en we, al was het maar voor de vorm, allemaal verbaasd en blij verrast keken. Als het midden van het spectrum steeds verder naar links verschuift houdt een mens op het laatst maar 1 kleur over. Scharlaken-rood, ossenbloed-rood, kreeft-rood; bij het vallen van de nacht wordt het caput mortuum. Voor Charlie maakte ik op verzoek van mijn vriend een nieuw werk, zelf had ik meer trek in Jane Goodall die drie dagen geleden, op 1 oktober, overleed. Gelukkig in haar slaap en in het interbellum. En de nacht was koud noch warm, de wind hield zich de hele nacht rustig en op regen kon je heel lang wachten.

Vertel hoe het nu met jou is.

Liefs Joseph 

   

 

 

 

 

 

 

 

 

 

dinsdag 23 september 2025

Brieven aan Edith Stein #147 'Zwarte weduwe spint Gaza-loos fijne draden'

 


Transport 'The Cuckoo's Chick'
23 september 2025

Being a Girl*!?
Lentos Kunstmuseum Linz (O)
TENTOONSTELLING
 
 
 
 
BRIEF 147
aan Edith Stein
'Zwarte weduwe spint Gaza-loos fijne draden'  
Joseph M. Heij 
Wolfheze

 

Lieve Edith,

Het is me toch wat daar in Gaza. Een oorlog die volkerenmoord werd. Bijna niemand heeft nog een vader, alle mannen zijn dood. 

'De Joden plegen genocide op de Palestijnen.' 

Berlijn, Dresden, Warschau, Stalingrad; Gaza stad begint erop te lijken. Het Israëlische leger verovert elke dag een paar huizen, straat na straat. Te bang om zelf te sterven gooien de joden alles plat. 

Palestijnse verzetsstrijders zijn er niet meer; de mannen zijn dood. De bevolking kan niet vluchten, omdat erg geen ruimte meer is op het prachtige strand, omdat het IDF alle straten onveilig maakt. Alle vrouwen en kinderen lijden honger, de sterfte is massaal, de Israëlische voedselboycot is totaal. Er blijft geen Gazaan overeind staan. Het kan niet op. De Joden moeten nu stoppen met het plegen van genocide.

'Waarom plegen de Joden eigenlijk genocide?'

Godsjezuschristus Edith. Vergeef me dat ik aan je twijfel; aan jou en aan alle Joden. Makkelijk wordt het ons niet gemaakt nog in jullie te geloven. Op de wereld is bijna geen land of nieuwszender meer te vinden met ook nog maar een greintje geloof in de goede zaak. Echt iedereen had het goed met jullie voor. Zeker na tweeduizend jaar vervolging, waaraan sommige van onze voorouders nog niet zo heel lang geleden zeer bevlogen en uiterst goed gemutst aan mee deden. Wisten zij veel dat jullie niet de schuld hadden aan alles wat verkeerd ging maar alleen aan sommige dingen.  

Je moet je voor de geest halen, lieve Edith, dat mensen vroeger niet konden lezen of schrijven, geen krant konden betalen. En op het platteland had je geen bereik. Wat weet je dan? Natuurlijk vinden we het massaal sneu voor jullie dat je collectief gestraft wordt voor dingen die je soms helemaal niet gedaan had, maar een Joodse buurman wel. Hoe moest je vroeger, zeg in het interbellum, weten dat veel joden communist werden en anderen kapitalist, iets dat aantoont dat jullie wel erg veel in de melk te brokkelen hebben, ook buiten het Beloofde Land, ik bedoel de hele wereld? We wisten dat gewoon niet.

'Nu weten we alles wel en zien alles voor ons eigen geestesoog gebeuren.' 

Israël vergeldt een totaal wanhopige klap in het gezicht - je snapt dat ik zaterdag 7 oktober 2023 bedoel en niet de nacht van woensdag 9 op donderdag 10 november 1938? Het lijkt op jullie opstand in het getto van Warschau, in Sobibor. Jullie zouden dat toch als geen ander moet snappen? Maar je lijkt volledig blind en gevoelloos voor wat daar gebeurt. Je kijkt tv, maar daar komt te niet. Je luistert radio, maar daar hoor je Mahler. Op het web spon de zwarte weduwe Gaza-loos fijne draden. Niets aan de hand. Niks loos.   

Zo, Edith, kijkt de wereld naar jullie Joden. En de diagnose? Jullie eindeloze behoefte aan zelfmedelijden heeft jullie in drie generaties tijd volledig, maar dan ook totaal volledig, gevoelloos gemaakt voor het lijden van alle andere volkeren op aarde. De behoefte om wraak te nemen op een ander weerloos volk is na Auschwitz jaar na jaar gevoed als een onstilbare honger van een prooidier dat eens in het leven zich zelf ook wel eens roofdier wil voelen. Dat is nu aan de hand en dat is ziek, doodziek.

Of het wel helemaal waar is, wat ik net zei, Edith, dat verhaaltje, weet ik niet. Het is wat men zoal denkt: in het oosten en in het westen, in nood en zuid. Sterker nog dan dat het hierboven met verve geschetste narratief wellicht 'niet helemaal waar' is Edith, vermoed ik dat het 'helemaal niet waar' is. Of slechts een klein beetje. 

Ik vergeet helemaal te zeggen dat 'The Coockoo's Chick' vanochtend op transport is gegaan. Niet naar Birkenau. Dat zou leuk zijn geweest. Dan kon jij het zien. Ik was benieuwd naar jou mening. Het is naar Linz, waar Dolf op school zat. Ook leuk.

Tot gauw maar weer!

Liefs Joseph  


 

 

 

 

 

zondag 14 september 2025

Brieven aan Edith Stein #146 'Roodkapje en Iryna Zarutska'

 


Iryna Blow Softly
 
C-print on aluminium
40 x 20 cm 
 
 
 
 
 
BRIEF 146
aan Edith Stein
'Roodkapje en Iryna Zarutska'  
Joseph M. Heij 
Wolfheze

 

Lieve Edith,

Je weet best dat ik een misselijkmakende afkeer heb van politiek. Waarom wil je dan zo drammerig graag dat ik me bezig houd met de actualiteit?  

Het is vervelend genoeg dat ik mijn best moet doen om jou vrij te krijgen - en Rosa, die eeuwige Rosa, altijd aan jouw zijde. - Gun me liever een beetje rust, wil je? Ik zit hier niet voor niets, Edith. Ik zocht de rust en die vond ik in dit huis op dezelfde manier als jij jouw rust vond in jouw god. 

Zoals het niet bepaald helder is waar dit huis, deze kerker waar ik nooit meer uit weg kom, precies voor staat, is het mij ook volledig onduidelijk wat jouw god, de god die in jou woont, jou te bieden heeft. Maar beiden zoeken we troost in dat wat ons, dankzij onze eigen geest en met veel hulp van anderen, ons is overkomen. Jij in Birkenau, ik in Wolfheze.

Je moedigt me aan de wereld niet te mijden maar op te zoeken. Ik begrijp jou niet. Aan de ene kant moedig je jezelf, Rosa, mij en talloze anderen de bewoonde wereld te verlaten ten faveure van de woestijn, waar niets is, niets leeft, niet groeit, bloeit en dus ook nooit sterft - het is werkelijk een heerlijke plek - maar anderzijds wil je dat ik, nog niet eens geacclimatiseerd, niet ook maar een beetje vertrouwd geraakt met dit mens vijandige milieu, meteen weer terugkeer om mijn hete schreden en de bewoonde wereld intrek omdat immers daar de medemens woont die zalig is omdat ie arm van geest is of gewoonweg arm van stof. 

- Je zult het weten Edith Stein, je zult het weten. -

Uit jouw aanmaningen om enerzijds de wereld te mijden en anderzijds te actualiteit op de voet te volgen, neem ik gevoeglijk aan dat je zelf de gestage en meest recente vorderingen van het menselijk geslacht volgt? Het zal je sieren dat je dat er in Birkenau nog bij kunt hebben.

Mijn Palestijnse buurman zat gisteravond CNN te kijken. Ik vroeg hem of ik binnen mocht komen. Hij zei: Als je de genocide van de Joden op de Palestijnen erkent. Ik zei dat ik zoiets niet van plan was, maar dat ik wel chips had en twee blikjes koele cola. 

Eenmaal voor de tv zag ik beelden van een kind in een metro. Een uiterst fragiel schepsel, maar wel met heel mooie kleertjes aan, een dure mobiele telefoon in de handen n oortjes in haar oren. Ik zeg meisje, maar het ontging me volledig dat het een meisje was en ook dat ze wit was, ik bedoel een witte huidskleur had. Ik zag een onnozel kind.   

Mijn Palestijnse buurman, die alle beelden op tv ook kan terugspoelen zodat je ze nog eens kunt zien, zei: 'Moet je kijken wat er zo gaat gebeuren.' Ik wist het niet. Ik kon geen prijs winnen. Hij: 'Let op de meneer die achter haar zit.' 'Okeeej, doe ik,' antwoordde ik, maar eigenlijk vond ik het saai. Je snapt dat ik dacht dat het over Gaza ging, maar dat was niet zo.

Edith, wat er toen gebeurde zag ik niet aankomen. Ik heb zuster Jeanne, die na een bevalling vandaag gelukkig en voor het eerst weer aanwezig is, gevraagd om twee extra slaappillen. Ze zei: 'Maar Joseph, het ging toch heel goed met jou de laatste tijd?' Ik zei dat dat waar was, maar dat ik net iets teveel cafeïne had binnen gekregen. Beetje stom, maar ja. Ik kreeg een extra pil. Eentje.

De meneer met een rode hoody aan en met de capuchon op als was ie roodkapje zat al op zijn metrostoeltje toen het kind instapte en precies voor hem ging zitten. Ik zei nog tegen buurman: 'Waarom is dit op tv?' toen de rode meneer wat zat te foemelen in zijn rode hoody, opstond als een donderwolk en met zijn rechterarm uithaalde naar het schuldige witte nekje van het kind.   

Jezus, Edith, ik had het liever niet gezien. Voor ik het wist vond buurman op het web het hele filmpje en kreeg ik mee dat roodkapje de wolf in pakweg twee seconden drie keer in de nek stak, de wolf roodkapje aankeek, volledig onschuldig, onwetend en werkelijk doodsbang aankeek, ineenkromp, op de vloer gleed als een lappenpop en leeg bloedde. Het dieprode bloed stroomde zoals altijd naar het laagste punt en dat was de deur van de trein. 

Ik neem aan dat jullie in Birkenau ook wel eens iets zien dat het daglicht niet kan verdragen maar dit? Jezus Christus, Edith. What the Fuck. Het kind stapte in de metro, ging keurig zitten, keek niet op of om, zei niks tegen de meneer, zat op de telefoon te kijken, oortjes in, zoals alle kinderen, en kreeg een mes in de nek. De meneer, roodkapje, liep weg, hij lekte haar bloed op de metrovloer, niemand deed iets, iedereen keek rond alsof het onder de grond heel mooi weer was, de zon scheen, het weekend was of vakantie en roodkapje mompelde twee keer: 'I got the white girl.'

Ik weet niet Edith, maar er gebeuren vandaag de dag dingen die jullie gelukkig nooit hebben hoeven meemaken. Voor dat meisje maak ik een nieuw werk; ik hoop dat Mijn Vriend het in de collectie opneemt. 

Wat ik zag Edith, was ziek, heel erg ziek. Ik wens hier te blijven, in deze kerker, om de wereld niet te hoeven zien.

Liefs Jouw Joseph 

  

      

  

 
 
 

 

vrijdag 22 augustus 2025

Brieven aan Edith Stein #145 'Zalig zijn deze zwakken niet, slechts voer'

The Act of Killing
- prileminary adaptations

mixed media on paper
184 x 90 cm
 

 
BRIEF 145
aan Edith Stein
'Zalig zijn deze zwakken niet, slechts voer'  
Joseph M. Heij 
Wolfheze

 

Lieve Edith,

Dit is de tekst waar ik het over had. Wil je die corrigeren? Vertalen in het Duits hoeft dit keer niet. Ik snap dat het lastig voor je is om je in te leven in het beeld, omdat je het niet kunt zien, niet kent. Maar misschien is dat in dit geval ook wel beter. Wel vertrouw ik op jouw expertise. 

Vertel me een keer hoe je solidair kunt zijn met jouw Joodse volk dat de eeuwige klos is, maar zelf de naaste buren zo doet lijden. Leg uit waarom je van dat volkje houdt, waar het jouw Roomse Messias verloochent. Vergeet niet uit te leggen waarom je tot op het laatst bad voor wie jou en je volk vervolgden. Ik snap dat niet. 

 

'The Act of Killing' (2021-2025)

- Het zeer verontrustende beeld ‘The Act of Killing’ is gebaseerd op een foto van een mens die zo ziek was dat we bijna zouden gaan geloven dat het kwaad geen abstractie is maar een Beest. Op schoot van de zieke geest ligt een dode medemens die zo walgelijk gemarteld werd dat we bijna zouden willen geloven dat het goede geen abstractie is maar de Bron van het universum. -

In toenemende mate vind ik het lastig om iets te zeggen over het werk dat ik maak. En toch put ik me veel vaker dan vroeger uit in het schrijven over het werk. Ik weet niet goed wat dat is.

The Act of Killing’ spant de kroon: over dit werk iets zinnigs zeggen, kan ik amper, maar zelden schreef ik zo vaak en zoveel als over dit werk. - Alles staat op de blog. - Dat komt, denk ik, omdat het beeld tegelijkertijd zo belachelijk voor de hand liggend lijkt, of is, maar bij mijn weten toch niet eerder werd gemaakt. En ook omdat het zoveel betekent, terwijl het er in zijn verschijningsvorm toch vrij simpel uitziet.

    - Misschien wil ik wel zoveel gezegd hebben omdat dit zieke beeld terminale kanker heeft en ik er over wil oordelen voordat het, als een zon die nooit meer opkomt, voorgoed achter de horizon verdwijnt? -

The Act of Killing’ lijkt direct te verwijzen naar die piëta: Maria, de Moeder van God - God behoedde De Moeder - draagt haar dode zoon - God behoedde De Zoon - op haar schoot, bovenop haar onbevlekte baarmoeder die, zoals alles aan Haar, onbevlekt is: zonder zonden. Dat De Zoon zonder zonden is leidt geen twijfel. Die twijfel smelt in luttele seconden, bij het in ogenschouw nemen van De GodMens en Zijn Weerzinwekkende Weg . Dat velen daaraan twijfelen is helemaal oké. Jedem das Seine.

The Act of Killing.' We zien twee mannen; Kaïn en Abel. In de Darwinistische dierentuin zijn mannelijke exemplaren van homo sapiens sapiens elkaars moordende concurrenten en plegen broedermoord op broedermoord. Oog om oog. Tand na tand.

    - Dat de slimsten onder de broeders eerder samenwerken dan doden ontgaat de meesten.- 

Hitler draagt de dode Jezus op schoot. Binnen de klassieke christelijke iconografie betekent dat onmiddellijk het verdriet van de levende, de moeder, om het lijden en sterven van de zoon, de dochter. het kind, Gods enige kind. De mens, de zoon, de dochter, die in een wanhopige poging de onsterfelijkheid te overwinnen verwekt werd door een man en een vrouw.

De levende treurt om de dode op schoot. Misschien is Dolf die huilt, misschien is het Jezus. Kan Dolf huilen om een Jood? Kan Jezus huilen om een Moordenaar? Huilen om dit goddelijke geboortegeschenk? Wij zijn blij met de geboorte van Ons Kind. 

Is dit de vraag die onder alle andere vragen ligt: waarom zijn wij zo ongegeneerd blij met elk pasgeboren menselijk embryo, terwijl wij weten dat het een beest is? Is het voor het menselijk ras niet veel beter om helemaal geen nageslacht meer te verwekken? Waarom nog een spaarzame minuut geloven in de liefde die boven het instinctieve libido, het ego uitstijgt? 

    - Is de kosmos niet veel beter af zonder dier dat denkt maar geen geweten heeft? -

Werd er dan toch een enkele keer in duizend jaar een mens met een rein geweten geboren, waarom dan? Elk roofdier herkent op elk veld elk geweten en valt aan. Elk geweten loopt mank en is gedoemd om te sterven. Zalig zijn deze zwakken niet, slechts voer voor het vleesetende dier dat zonder geweten werd geïncarneerd in het vlees.

Binnen de klassieke christelijke iconografie is ‘The Act of Killing’, strikt genomen, geen piëta. Omdat het daarbij altijd gaat om Maria, de door God de Vader uitverkoren onbevlekt ontvangen Moeder van Jezus, die onpeilbaar verdriet heeft om haar Zoon die voor haar eigen ogen zoveel moest lijden en daarna wilde sterven. 

Het doet ons weinig tot niets meer, dit van betekenis hoogzwangere maar al te oude beeld. Totdat een nog levende moeder, uit het meest hedendaagse geslacht homo sapiens sapiens - uit Gaza en Israël, uit Oekraïne en Rusland, uit Kongo, uit Syrië - huilt. Om haar dode zoon. Of dochter. Of gewoon kind. 

Deze rigor mortis, deze volmaakte onverschilligheid voor het klassieke beeld van de piëta moeten we genezen: de piëta is een van de krachtigste beelden die de mens, het denkende zoogdier, in de laatste zevenhonderdvijftig jaar ontwikkeld heeft.

    Zum Problem der Einfühlung:  huilt Moeder, het zelf, echt om de Zoon, de ander, die niet het zelf is? Of huilt zij omwille van zichzelf? Of allebei tegelijk?

[Edith, ik kon het niet laten te verwijzen naar je proefschrift.] 

Das Urteil. De seksuele wellust die in het doden verankerd ligt, ligt ook diep verscholen in het verlangen om te oordelen. Als kanker die om zich heen grijpt, zo woekert ook de wellust tot wraak. Tand na tand. Oog voor oog. Veel eerder dan de vraag naar het verdriet, om de dode op de moederschoot, raakt ‘The Act of Killing’ aan de begeerte naar het oordeel dat hoe dan ook geveld wil worden.

Niet al te makkelijk te raden wat dit beeld betekent zonder de titel, geven de weinige woorden van de titel een aanknopingspunt. De titel van het werk ‘The Act of Killing’ werd ontleend aan de gelijknamige documentaire van Joshua Oppenheimer uit 2021. In die film, die alle registers van de Sartriaanse walging opentrekt, re-enacten gepensioneerde Indonesische militairen de moord op ongeveer 1 miljoen vermeende communisten uit de periode 1965-1966. Ze beleven veel plezier aan dit herbeleven en ontvangen het welwillende applaus van het publiek in dankbaarheid.

    - Zelf ten diepste bewogen door het verhaal van het evangelie van Jezus Christus, zoals dat in de vier canonieke evangeliën werd opgetekend, wilde ik proberen te begrijpen wat het precies moet worden bij Het Laatste Oordeel. -

Omdat wij in de verste verte niet meer kunnen geloven in zoiets als een eindoordeel over ons leven op aarde - op zijn best geloven we nog in opgebouwd karma - proberen wij, nakomelingen van homo sapiens sapiens, al in dit leven zoveel mogelijk rekenschap te geven van onze daden en die van anderen. Daarna immers is er niets meer. 

Onze allerslechtste gewoonten werden, nog niet eens zo heel lang geleden, ondergebracht bij rechtbanken die zoveel mogelijk onafhankelijk werden gemaakt van de wetgevende en uitvoerende macht. En ook houden we kerk en staat gescheiden. Dat is goed. Dat is heel goed.

Maar bedenk nou eens dat veel banaal en satanisch kwaad in dit ondermaanse onbestraft blijft, is het dan niet meer dan normaal dat ons brein een verlangen naar postume genoegdoening construeert? ‘The Act of Killing’ gaat over het meest zieke kwaad dat de ene mens de andere mens aandoet, iets dat wij niet kunnen accepteren en veroordeeld willen zien.

Dat het Darwinistische zoogdier mens nadenkt over ‘een soort van genoegdoening na de fysieke dood van het misdadige lichaam’ – iets dat in de ogen van de wetenschap tevens de dood van de ziel of het bewustzijn betekent – is aandoenlijk. We kunnen maar niet geloven dat het kwaad gisteren, vandaag en morgen volledig ongestraft zijn gang kan blijven gaan.

Nooit meer slapen. Het christendom kwam, net als andere godsdiensten, met het idee dat er na de rigor mortis, de totale verstijving van ziel en lichaam, rekenschap moet worden afgelegd over de in het leven begane daden, dat er genoegdoening moet plaatsvinden. Dat is mooi. Heel mooi. Dat het meest perverse kwaad, ik bedoel het kwaad, waarbij de dader geniet van het lijden van een soortgenoot - nog zieker is het seksueel genieten – voor altijd ongestraft blijft is verontrustend onbestaanbaar.

Is dit een mens? In ‘The Act of Killing’ treurt Adolf Hitler niet om de dode Jezus; zoiets is niet denkbaar, loochent alle feiten en is volstrekt blasfemisch. Jezus buigt zich over Dolf, mensenkind, werpsel van twee zoogdieren, geboren uit wellust of liefde, wellicht uit beiden. Kind van Alois en Klara. Duitsland. Zomaar een land. Zomaar een tijdsgewricht. Zomaar een mens. 

De christelijke kerk leert al eeuwen dat de door de Romeinen, niet de Joden, doodgemartelde Ecce Homo, terugkomt. Allereerst om zielen die al veel te lang gevangen zaten te bevrijden, maar ook om te oordelen. Helemaal aan het einde van de tijden oordeelt deze Christus - Rabbi, Messias, Zoon des Mensen, Zoon van God - alle levenden en alle doden. 

Darwinisten hebben berekent dat het, vanaf het moment dat de huidige mens mens wordt genoemd, om zo’n zevenduizend geslachten gaat. Onverdraaglijk is de gedachte dat het uiterst getalenteerde kwaad de laatste dodendans zou weten te ontspringen. Zoiets is onbestaanbaar. Jezus Christus, of iemand anders die het nog beter weet, moet wel oordelen.

In recente tijd bestudeer ik het fenomeen NDE (Near Death Experience) vrij nauwgezet. Daarin wordt, eindeloos vaak, geschetst dat er, na de dood en aan gene zijde, geen oordeel plaatsvindt maar de mens slechts ziet wat er verkeerd was, niet goed ging. Daarna gaan zowat alle zielen mee met de engelen, linea recta naar hun voorouders, hun geliefden, hun kinderen en ander verwante zielen, naar god, hemel, volgende de zoveelste incarnatie. Geen kwaad woord over het kwaad.

Ik heb geen enkele vrede met het idiote idee dat dood dood is en dat het kwaad volledig vrij uitgaat, de dans van het geweten ontspringt. Ik zie Onze Lieve Heer, of iemand anders die ook geen ego had, graag zitten op die zetel waarop Hitler zat. Die zetel is precies de goede zetel om het kwaad te vergelden en de slachtoffers recht te doen. In het christendom heet de dood die volgt op de opstanding uit de doden ‘de tweede dood’. 

    - ‘The Act of Killing’ lijkt eerder te gaan over de vraag of na de dood alles in een seconde of twee zal worden vergeven of dat er genoegdoening moet plaatsvinden. -

Mochten de Drie Rechtvaardige rechters van de Heilige Drievuldigheid werkelijk alles met de mantel der liefde willen bedekken, alle zieke daden, alle aangedane leed, dan vraag ik een gesprek aan. Mochten ze alle drie beslissen dat Adolf Hitler en nog anderen, voor eeuwig verloren gaan, ook dan wil ik graag een gesprek. In het eerste geval wil ik weten of de dader zichzelf al genoeg heeft gestraft door te doen wat ie deed. In het tweede geval wil ik weten waarom deze ziel ooit geboren werd. 

    - Zowel het beeld van de Dode Zoon van God op de schoot van de Levende Zoon van Klara en Alois, de vader en moeder van Adolf Hitler, als ook het omgekeerde beeld, de dode Adolf op schoot bij Jezus, schieten tekort. Vandaar dat ik het gelaat van beiden verwisselde. - 

Dat is pervers wanneer men denkt dat goed en kwaad volstrekt ambigu zijn, maar troostrijk wanneer men bedenkt dat het kwaad niet banaal genoeg is om er zomaar en voor altijd mee weg te komen. Makkelijk is het niet om de mens te beminnen die kwaad doet, banaal kwaad of kwaadaardig kwaad. 

    - Liever dan voor de genade gingen wij dieren voor de tweede dood: het mes tussen twee ribben op weg naar het hart dat moet bloeden.

In een God geloven die alles best vindt, en geen kwaad met kwaad vergeldt, kan ik niet goed. In een God geloven die kwaad wel met kwaad vergeldt wil ik niet geloven. In helemaal geen God, of Source of Universe, geloven vind ik krankzinnig. 

    - Als Entartetes Andachtsbild uit de traditie van De Moderne Devotie vind ik ‘The Act of Killing’ een troostrijk beeld: het kwaad ontspringt de dans niet. Maar hoe het afloop met de meest zieke teerlingen wie ooit werden geworpen, weet ik ook niet. 

Wat ik geloof is dat de prooi de jager overleeft. Dat het goede het kwade overwint. Dat er genade is maar ook rekenschap moet worden afgelegd.

Edith, weet je, ik ben bang dat de mensen dit beeld over de tweede dood wantrouwen en afwijzen. Het beeld is zo simpel maar gelijk ook zo naar, zo pervers dat het onmiddellijk ongezien moet worden gemaakt. Maar dat kan al niet meer. 

Nou ja, lieve Edith, je weet het: ik doe allemaal het uit liefde voor jou. Ik maakte het uit wanhoop. Als een schreeuw. Vraag jouw God mij te vergeven.

Jouw Joseph











dinsdag 19 augustus 2025

Brieven aan Edith Stein #144

 


The Act of Killing

 

 

BRIEF 144
aan Edith Stein
''  
Joseph M. Heij 
Wolfheze

 

- Het zeer verontrustende beeld ‘The Act of Killing’ is gebaseerd op een foto van een mens die zo ziek was dat we bijna zouden gaan geloven dat het kwaad geen abstractie is maar een Beest. Op schoot van de zieke geest ligt een dode medemens die zo walgelijk gemarteld werd dat we bijna zouden willen geloven dat het goede de Bron van het universum en geen abstractie. -

 

Lieve Edith,

Omdat de tandeloze restanten van Gazastad worden gesaneerd als een roekeloos verwaarloosd gebit, omdat stokoude bontgenoten vergaten de intacte spoorlijnen naar Birkenau te vernietigen, omdat Oekraïne, sterfhuis van het Europese geweten, wordt verdeeld onder narcistische grootmachten, omdat niemand protesteert tegen het geweld in Yemen, in Syrië, in Sudan, omdat ik het niet langer kon aanzien dat de mensheid niets anders is dan onmenselijkheid, incarneerde ik het meest weerzinwekkende beeld denkbaar. Ik deed dat niet voor mezelf Edith; het was voor een vriend. 

    - Deze piëta die geen piëta is, deze icoon die geen icoon wil zijn is voor de mensheid een lachspiegel om te huilen. -

Ik wil, lieve Edith - hoe is het met Rosa? - dat je weet dat ik mijn correspondentie met Dolf eindig met hem een afbeelding van dit beeld dat ik 'The Act of Killing' noem te sturenIn een gesloten envelop. Geen geschreven brief meer. Geen afzender. Alleen een postzegel met zijn eigen tronie: Eintausend Reichsmarken. Het is voor zijn verjaardag. Het is immers april. Soms sneeuwt het dan nog. Herzlichen Glueckwunsch zum sechsundfuenfzigsten Geburtstag. Mijn Duits is niet zo goed, maar voor zo'n smerige gelukswens wil ik jou niet vragen, Edith, om het in Hochdeutsch te vertalen. Ik doe mijn best het foutloos op te schrijven in de hoop dat het hem een heel klein beetje helpt er tien dagen later een einde aan te maken.  

Het beeld kan ik je niet sturen; het komt niet door de censuur. Ik kan het je laten zien, als je dood bent. Als je dood bent dan zal ik het je sturen. Ik wil je gezicht graag zien als je het beeld aanschouwt als een zestiende-eeuws Andachtsbild. Wat ik dan op jouw uitverkoren, heilig verklaard gelaat lees? Ik weet niet wat jij ziet. Wat jouw ogen zien, leest jouw ziel. Jouw ziel ken ik niet. Snap je je eigen Zum Problem der Einfuehlung

Ik kan alleen maar hopen dat het stopt. Deze gruweldaden van homo sapiens sapiens tegen de mens. Maar dit beeld is gezien, Edith, niet onopgemerkt gebleven. Eenmaal gezien kan het niet meer worden uitgewist zoals een mens de horizon kan wegvegen met een achteloos gebaar van de hand. Dat de mensheid dit beeld niet stopt. Er aandacht voor heeft. Het contempleert. Mindfull. Niet meer slapen. Altijd wakker liggen. Alleen de tomeloze energie van het hier en nu. Denkend aan de dood kan ik niet meer inslapen; wakker liggend denk ik na over broedermoord. Zoals jij Edith en je zuster zullen worden vermoord. Tenzij hij, Dolf, mijn brieven leest Edith, mijn smeekbeden zijn ziel bereiken. Voor jou, Edith, en voor Rosa.

    - In zijn eerlijkheid is dit beeld vrij eenzaam, Edith. Eenmaal gezien wil men het liever ontzien. Ausloesen. Aufloesen. Ausrotten. Ausradieren. -   

Misschien ken je de foto: Dolf in 1923, 34 jaar oud. Mooi zitten! Heinrich Hoffmann, hoffotograaf. Moed verzamelen voor de Bierkeller-Putsch. Met trouwe Wolf aan de voeten, niet Blondi. Mooi zitten! Geen Eva nog. Moederziel alleen in het paradijs. Moeder is dood. Mooi zitten! Braaf! Alle lichten staan op groen. Ein Blitz! Een lichtbeeld is geboren. Een zielloze eeuwigheid in zwart en wit. 

De foto ken ik al best lang. De moeder van deze opname. Een gebroken glas-negatief. Gevonden in Muenchen. In de studio van de fotograaf. Door de bevrijders. Waarvan werden we bevrijd? Waar is het monster nu? Hoeveel koppen heeft het, in welke Wasteland is er geen? Wat zei Eliot alweer?

    "April is the cruellest month, breeding
    Lilacs out of the dead land, mixing
    Memory and desire, stirring
    Dull roots with spring rain."

Wat kan ik nog zeggen Edith? Jouw Liefste Heiland ligt op deze schoot, als misselijkmakende nageboorte. Maar het was me te makkelijk Edith, te menselijk. Sentimenteel maar niet romantisch genoeg. Het moest zieker. Perverser. Veel perverser. Maar hoe? - Al te menselijk kan niet, alhoewel een andere vriend van me dacht dat dat wel kon. - Het is heel simpel. Het menselijke gewoon nog menselijker. Dat is alles. Mijn Vriend schreef over de betekenis van het beeld. Vlak voordat hij instortte. Hele verhalen. Hij rende voor zijn eigen waarnemingshorizon zoals de filosoof dat deed. Maar het einde zag hij niet. Lees, Edith, wil je, op een rustig moment wat hij schreef. Je hebt het zo gelezen. Je Nederlands is goed genoeg. Aan jouw intelligentie ontkomt hij niet.

    - Mijn vraag aan jou, Edith, is dit: waarom doet het kwade het goede zoveel kwaad aan? En dit: wat maakt het goede tegenover het kwaad zo onvoorspelbaar machteloos? -   

De mens is een darwinistisch beest Edith, of de mens is iets anders. Geboren uit wellust, nooit uit liefde, als het glazig oranje sap van een perssinaasappel uit de vulva geperst, leeft het als een beest op twee poten en sterft doorgaans in hondsdolle en mensonwaardige paniek, om daarna met de snelheid van het licht vergeten te worden door de blinde beesten die het zo opgewekt verwekte. Dat is de uitkomst van ons animale denken, Edith. Edith, zie jij dat ook zo? Kun je er, in Birkenau, zo naar kijken of ontwaar je in het beest de Übermensch? Zie je in de andere exemplaren van de soort sporen van jouw god? Of van een zoon of dochter of een mensachtig wezen zonder geslachtskenmerken?

 


 

 

 

 

 

 

maandag 4 augustus 2025

Brieven aan Edith Stein #143 '...'

 

Primordial Fluctuations
preliminary photo

 

 

BRIEF 143
aan Edith Stein
'...'  
Joseph M. Heij 
Wolfheze

 

Lieve Edith,

Die spijtoptant van mijn vriend die onlangs is overleden maar nog net op tijd een brief schreef, weet je, daar wil ik weinig woorden aan vuil maken. Mijn Vriend is een uiterst naïeve, hardleerse romanticus, of christen, die maar niet begrijpt dat we met ons allen in een solipsistisch universum leven waar weinig tot geen fundamenteel mededogen denkbaar is. 

Hoe vaak moet ik nog zeggen dat homo ss slecht een behaard zoogdier is dat per ongeluk of doelbewust rechtop gingen lopen? Om des te harder te kunnen wegrennen voor het knagende geweten dat hem of haar of hen achtervolgt? De mens rent net zo hard weg voor gevoelens van schuld als voor een wild beest. Misschien Edith, is het geweten wel onze tender predator en onze allergrootste angst? Zeg jij het. Jij hebt ervoor doorgeleerd. Zum Problem der Einfühlung.

Hieronder de nieuwste brief aan Dolf. Wist je dat hij aan het front blind is geworden? Mosterdgas. De arme, nou kan hij het wel op zijn ingevallen vegetarische buik schrijven dat ie ooit nog een beroemde artiest wordt. Ik vind dat zielig. Zoiets verdient een mens die zich met hart en ziel inzet voor God en Keizer en Vaderland niet. Niet dat het Duitse Rijk zijn vaderland was, maar bij wijze van spreken.

Let erop dat ik hier en daar wat kitscherig schrijf, maar dat is omdat ik denk dat Dolf niet bepaald zit te wachten om literair hoogstaand formuleren, maar wel intens graag een warme arm om zijn blinde en verslagen schouders geslagen wil krijgen.


Herr Adolfus Schicklgruber
Lazarett Pasewalk
Pommern
Deutschland 

Wolfsschanze I Die Niederlande I 4 August 2025


Beste Dolf,  

Weet je nog wie ik ben? Joseph? Jouw penvriend? Uit Wolfsschanze in Holland? Hoe is het nu met je?

Wat een verschrikkelijk nieuws kwam mij vanochtend vroeg ter ore - lezen doe ik niks; dat mag niet - op een dag waarvan men zegt dat die heter wordt dan alle andere dagen. 

Je bent blind, Dolf, je bent blind. Je ziet in de hospitaalspiegel je eigen gelaat niet meer, je doorleefde gelaatstrekken, je ingestudeerde grimassen. Wat moet dat naar zijn.   

 

 

 

Jammer dat je mij niet hebt laten weten dat het niet zo heel goed met je gaat.