woensdag 12 februari 2025

Brieven aan Edith Stein #120 'Een oktober7kibboets'

 

Atonement
mixed media on paper
148 x 150,5 cm
 

 

BRIEF 120
aan Edith Stein 
'Een oktober7kibboets'
Joseph M. Heij 
Wolfheze

 

Lieve Edith,

Weet jij uit je hoofd of Joseph aan Edith meer brieven schreef dan Anne ooit aan Kitty? Weet jij ook of Anne meer geleden heeft dan Joseph? Dat Anne jong gestorven is betekent wel dat haar veel leed bespaard is gebleven. Beeld je eens in Edith dat Anne was blijven leven. Ik denk dat ze naar Palestina was verhuisd, net als jij. Bedenk dan ook dat ze, door Gods wil, met gemak in een 'oktober7kibboets' in het zuiden van het Heilige Land terecht had kunnen komen. 

Anne had van alles kunnen gebeuren wat tegen Gods wil is. En als het kwaad niet haar was overkomen maar haar kinderen of kleinkinderen en achterkleinkinderen, hoe kwaad zou het kwaad dan zijn geweest? Voor veel mensenkinderen is de jeugd de gelukkigste periode van hun bestaan. En toch wil bijna iedereen heel oud worden. Ik ben er niet van overtuigd Edith, dat dat verlangen om stokoud te worden wel zo geautomatiseerd zou moeten zijn. Was het een eeuwig zondagse jeugd, oké, maar dat is het zelden. En de eeuwige jood krijgt zeker nooit rust.

Joseph, Edith, wil zijn uiterste best voor je doen. Niet omdat ik denk dat jij er veel aan zult hebben om de dood te overleven en weet ik dat jij je ten alle tijden neerlegt bij de wil van God die zowat niemand nog begrijpt. Maar ik snap dat je het wilt, overleven, al was het maar omdat sterven onder De Duitse Douche bij de meest vreselijke manieren van sterven hoort. En mocht je bereid bent te sterven met je volksgenoten dan nog wil ik niet dat je sterft. Ik leg me niet neer bij de wil van God en de onfeilbare loop van de feiten uit de menselijke geschiedenis. Ik wil er niet aan denken dat jij en je lieve zus samen met alle anderen zult stikken in een blauwzuurbad.  

Edith, wees zo lief om mijn onderstaande brief te corrigeren en te vertalen in het Duits. Je Nederlands zal inmiddels goed genoeg zijn om Josephs brieven te begrijpen, beter wellicht dan hij zelf doet, en te vertalen in het Hoogduits. Als je de vertaalde brief per omgaande aan me retourneert, dan verliezen we heel weinig tijd. Want net als met jouw brief aan de Heilige Vader is er enige haast geboden. Bedenk dat jij weliswaar weet wat Gods wil is maar ik niet. En denk eraan dat ik me afvraag of jij je wel bij die wil wilde neerleggen. Je snapt wel dat ik begin met de ouders geluk te wensen met de geboorte van een derde zoon.

 

Fam. A. Schicklgruber
Gasthof zum Braunen Hirsch
Vorstadt 219
Braunau
Östereich

Oosterbeek, Die Niederlände, 26 April 1889

 

Geachte dhr. A. Schicklgruber & mw. K. Schicklgruber-Pölzl,

Van harte wilde ik u gelukwensen met de geboorte van uw derde zoon Adolphus. Moge God hem bewaren voor het kwade.

Het spijt me zeer dat u mij niet kent maar ik u wel. Ik zal het uitleggen. Het stond in de krant, al was het in piepkleine lettertjes, en ook was ik bij bij toeval bij de Heilige Doop aanwezig omdat ik voor iemand een kaarsje aan wilde steken. 

Het kind zag er heel gezond uit hoor. In Holland, want daar kom ik vandaan, ik ben nu op vakantie, zouden de tantes zeggen: 'Hollandse welvaart.' Ik prijs u beiden gelukkig want eenmaal gedoopt kan de ziel niet meer verloren gaan voor het eeuwige leven. 

Ik schrijf en feliciteer u niet zomaar, in het wilde weg, met de komst van uw derde zoon. Iets zegt mij namelijk dat hij het nog ver gaat schoppen in de wereld, dat de Voorzienigheid grootse plannen met de jongen voorheeft. Wij tasten nog met onzekere tred in het duister, maar de Eeuwige God weet precies wanneer Zijn Engelen ergens naartoe moeten marcheren om de afgedwaalde schaapjes weer te vergaderen onder de hoede van de Goede Herder en dat is Zijn Zoon, Jezus Christus, in wie wij ons allen voor altijd geborgen weten.    

Laat ik zeggen dat ik hetzelfde voorgevoel heb als de lama's in Tibet die allang weten waar de volgende in de eindeloze reeks van Dalai Lama's precies geboren zal worden: op welke berg, in welk dorp, bij welke Adam en Eva en zelfs de dag dat de Boeddha in nieuw mensenvlees reïncarneert weten ze al lang voordat de vader en moeder dat weten. Misschien denken die nog niet eens aan seks, maar liggen de feiten allang voor het oprapen in de geesteswereld die niet iedereen goed kan zien. De meesten niet.

Met uw permissie, ik wil niet impertinent overkomen, kan ik slechts hopen dat u de kleine Adolphus omzichtig opvoedt.  De vader moet uiterst streng zijn en niet aarzelen het uitverkoren kind te straffen als was het een gewone sterveling; de moeder moest het kind juist met alle liefde omvatten en het niets in de weg leggen. Wie zijn kinderen liefheeft, zo leert De Heilige Schrift, moet ze tuchtigen en dat betekent ook slaan. Er is niets mis mee om de kleine om de oren te slaan ook al is het kind een door De Voorzienigheid apart gezet wezen. Eigenlijk is het niet anders dan bij wolfshonden nietwaar, ook die luisteren het liefst naar de richtlijnen van de leider van de roedel.

Geacht meneer en mevrouw Schicklgruber-Pölzl, Alois en Klara, als u mij tenminste toestaat voortaan ook uw beider voornamen te gebruiken, want ik ben van plan de kleine te volgen, ik wens u nogmaals heel veel geluk toe op uw levenspad en op het pad dat de kleine, wanneer het braaf luistert naar zijn hart waar de Voorzienigheid spreekt, in zal slaan. Daarom ook wil ik eindigen met het lied dat mijn moeder vroeger altijd zong: 

"Wat de toekomst brengen moge, mij geleidt des Heren hand; moedig sla ik dus de ogen naar het onbekende land."

Een dankbare Joseph Maria Heij


Edith, het is geen lange brief geworden, dat wilde ik de eerste keer niet doen, om zo de ouders van het kind niet teveel af te schrikken. Ik hoop niet dat ze het erg vinden dat ik Nederlander ben en op mannen val, maar dat laatste schrijf ik gelukkig nergens. Hopelijk ben je het ermee eens dat ik zeg dat het kind een piepklein beetje uitverkoren is door De Voorzienigheid. Wat moet ik anders? Ze zullen een motief achter mijn schrijven zoeken. En kijk ook even of de toon van de brief netjes genoeg is, wil je?

Tot schrijfs maar weer. Hopelijk reageer je snel. In verband met de druk die ik voel.

Liefst Joseph