zondag 14 juli 2024

Brieven aan Edith Stein #98 'De geperforeerde flapoor van Dumbo Junior Trump'

  

Johan in Disco (detail)
mixed media on paper
30,3 x 46,5 cm (original image)

 

BRIEF 98
aan Edith Stein 
'De geperforeerde flapoor van Dumbo Junior Trump'
Joseph M. Heij 
Wolfheze
 

Lieve Edith,

Je vraagt je soms af wat kosjer is: een joods orthodoxe maaltijd, een kloostermaal in een huis voor roomse nonnen of een galgenmaal vlak voor je onder de douche gaat in Birkenau. Van eten weet ik weinig, alleen dat ze het in dit huis zo zielloos en fantasieloos mogelijk klaarstomen zodat niemand zich ergert aan: de hoeveelheid zout, de oosterse kruiden, het vetgehalte, hoe gaar het is of niet - zelf geef ik de voorkeur aan overgaar omdat rauw betekent dat je zelf iets moet doen om het door te kunnen slikken. Het liefst had ik het eten vloeibaar en via het infuus, want het is niet te pruimen en ik besteed er liever niet langer aan dan strikt noodzakelijk is. Mij zul je niet horen over eten en vergeet het dat ik je ooit nog eens om een recept vraag; ik denk niet dat jij een geboren kok bent.   

Ik maakte, ik herhaal het maar even voor het geval je mijn laatste brief nog niet ontving of meteen weer weglegde omdat je geen zin had om die te lezen, twee enorme pannenkoeken waar ik een klein beetje vorm in aanbracht. Ze kwamen allemaal kijken en wilden vragen wat ik aan het doen was. Ik was ze voor en antwoordde op de nooit gestelde vraag: 'Ik klei, net als jullie. Niet denken dat het twee identieke wolken worden, want er zitten kleine verschillen in zoals in elke eeneiige tweeling. Bovendien zijn ze gespiegeld want de een zit links en de ander rechts. Wel eens iemand gezien met twee linkeroren zonden ook een rechter? Niemand? Ik ook niet. Ga je eigen wolk maar even uithollen, dan buig ik me over de mijnen.'

'Maar Joseph,' vroeg een een jongeman die aan het einde van mijn gang helemaal links zit en die van tijd tot tijd meent dat ie JFK is, of King, 'jij maakt geen tweeling-wolken maar tweeling-oren om aan je Indische olifant te naaien.' 

'Goed gezien,' zei ik, 'wel kut dat ik het niet goed voor me zie hoe je het verschil kunt maken tussen het ene en het andere oor, maar ik probeer het wel.' 

'Vind je het niet rot Joseph, dat ik Indische olifant zei en niet Afrikaanse?'

'Nee hoor, geen sprake van want ik ken jou: jij denk de ene dag dat je John F. Kennedy bent en de volgende ochtend ben je Martin L. King. Ik ben inmiddels wel wat gewend. Ga jij ook maar weer even lekker bezig, want anders roep ik Kraai.'  

[...]

Edith, had jij ook altijd al zo'n hekel aan beoordelingen? Wij, jij en ik, hoeven het niet eens te hebben over het Allerlaatste Oordeel dat aanstaande is, niet over de twee wetenschappelijke rijen die een willekeurige reisleider op het perron in Birkenau om de haverklap moest samenstellen - een zeer verantwooordelijke taak - maar gewoon over het hele idee dat alles en iedereen tegenwoordig - ik bedoel in het eerste kwart van de 21ste eeuw - uitentreuren geƫvalueerd moet worden, onvoorwaardelijk gebaseerd op ellenlange lijsten met wereldvreemde woordjes die bijeengesprokkeld worden uit de steeds snelle uitdijende kosmos van universitaire, liefst Angelsaksische onderzoeken of op zijn minst in het Engels vertaalde. Het liefst zeer uitgebreid besproken op totaal overbodige studiedagen.

Juf klapte in haar handen en zei: 'Nu gaan we samen kijken naar wat iedereen zoal gecreĆ«erd heeft. We gaan nu eens niet oordelen, wat we steeds geneigd zijn om te doen, we ondergaan wat ieder ander mens ten diepste beweegt, iets dat is vastgelegd in deze klei. En jij komt ook aan de beurt in deze veilige leeromgeving. Iedereen mag zijn of hen eigen zegje doen. Niks is raar.' 

Dat laatste Edith, had ze niet moeten zeggen, maar daarover meer wanneer ik je weer schrijf. Ik denk morgen. Vertel mij eens of creativiteit vroeger, zeg maar aan het begin van de twintigste eeuw, ook zo'n grote rol speelde als tegenwoordig, zeg 2024 want dat is het volgens mij. Mocht je je vroeger ook al helemaal uiten in bijvoorbeeld klei? Mocht je je eigen gevoelens in de homp klei leggen ook al kon je nog helemaal niet kleien? Of pakten ze het toen al wetenschappelijk streng en methodologigsch aan? 

Van mijn vriend weet ik dat iedereen die zich aanmeldt, denkt dat ie zich mag uiten op de kunstacademie, vooral de eigen gevoelens, maar dat is niet zo. Ze doen allemaal onderzoek alsof ze op de uni zitten en houden zich verre van iets persoonlijks. Eigen onderbuikgevoelens zijn beslist uit den boze, maar een politiek standpunt mag dan weer wel, sterker nog, wordt ten zeerste aangeprezen. Als het maar geen rechts standpunt is maar radicaal links. Een beetje omgekeerd evenredig aan hoe Donald J. dat altijd uitlegt aan het welwillende gehoor: The Radical Left.

Liefs Joseph

 

NB Denk jij dat Jahweh Ons Ome Donald J. gered heeft van de meest genadige kogel ooit afgevuurd of dat het juist jammer is dat de kogel doel - ik bedoel het pathologisch behoorlijk interessante brein van de man - miste? Ik vind het lastig.